Er zijn nog geen tags.
Op veler verzoek hieronder een greep uit de lessen die alweer achter ons liggen. Bij de beoordeling is volledigheid niet het belangrijkste criterium. Waar let ik op: Betrokkenheid, zelfwerkzaamheid, zelf bedenken van opdrachten en het inspireren van je klasgenoten, kortom, ben je lekker bezig tijdens de les en kom je af en toe om advies vragen of zak je liever weg in verveling en gehang. Dat is voor een keer niet erg, maar moet geen gewoonte worden. Bij het bepalen van je cijfer speelt je site ook een belangrijke rol: noteer de datum van elke les, beschrijf in eigen woorden de inleiding en laat zien wat je gemaakt hebt. Schrijf een kort commentaar bij je werk. Het hoeft niet allemaal in een keer top te worden. We hebben een heel jaar de tijd om het onder de knie te krijgen en gaat het helemaal fout: maak een kort verslag van de mislukking, want vooral bij dit vak geldt: van je fouten leer je het meest.
Les 1. Herinneringen
Les 1 gaat over "herinneringen". Er was eens een tijd dat je zorgeloos was. Je leven stond in het kader van spelen. Leven was spelen. Spelen was leven. De opdracht: Teken je favoriete speelgoed van vroeger.
Maar wat doet spelen met je?
- Spelenderwijs leren kinderen heel veel. Spelen houd je nieuwsgierig, maakt je vindingrijk en last but not least: Van spelen wordt je vrolijk. Let op: spelen achter een schermpje is niet helemaal wat ik bedoel. Bij spelen denk ik meer aan rennen, een toren bouwen en die weer omgooien, voorstellen dat je een ander bent, doen alsof, kliederen, knutselen, eigenlijk alles wat niet moet maar wat je wilt.
Schrijf bij je tekening een kort stukje over de lol van spelen. Of een herinnering die ongeveer zo begint: toen ik drie jaar was speelde ik dag in dag uit met.........
Les 2. Zelfportret
Deze les gaat over jou. Wie ben je en kun je eigenlijk wel weten wie je bent? Je verandert elke dag, dus je bent altijd anders. Maar het valt ook niet te ontkennen dat je een unieke persoonlijkheid bent. Ondanks die veranderende "ik" zit er een diep gefundeerde kern in je. Opdracht: teken de contouren van je hoofd en laat rond dit hoofd een aantal ballonnen zweven. Vul je hoofd met je lievelingskleur, je mag natuurlijk ook je zelfportret zo tekenen dat het lijkt. In de ballonnen beschrijf je een aantal kenmerkende eigenschappen van jouw telkens veranderende ik.
Les 3. Ontwerp een "MachineBeest"
Deze les gaat over verbeelding. De mens is het enige dier dat zijn verbeelding kan inzetten om te plannen, te regelen, om dingen samen te doen en om gewoon nutteloze dingen te maken, kunst maken dus. Jean Tinguely was erg goed in het spelen met ouwe troep, maar nog beter in het maken van publiciteit. Op zekere dag trok hij als een soort circus directeur in optocht met zijn machinebeesten door de straten van Parijs en stak ze in de fik. Hij deed het zo goed dat alle kranten er over schreven en prachtige foto's publiceerden. Nu, jaren later is er een overzicht van zijn werk te zien in het stedelijk museum te Amsterdam. Laat je inspireren door deze bijzondere kunstenaar.
Les 4. Beweging
Verzamel informatie over Eadweard Muybridge, de pionier van het bewegend beeld. Plaats een fotosequentie van hem op je site. Maak zelf een filmpje dat je uitprobeert in de zoötroop.
Les 5. Licht, donker en schaduw
Ja, nu de donkere koude dagen er weer aankomen is dit een toepasselijk onderwerp. Laten we eerst eens wat experimenteren met houtskool. Als ik de honden uitlaat in het bos als het al donker is, (het zijn ook nog eens zwarte honden) dan zie ik in elk bosje al snel een jeroen Bosch tafereel of een optocht met kreupele muzikanten. Of die enge figuur die je staat op te wachten. Laat uit het donker van je houtskool tekening figuren opdoemen die ontstaan vanuit de vegen en vlekken die je maakt. Je verbeelding maakt er graag een engerd van. Vervolgens teken je een voorwerp dat overdreven van een kant belicht wordt. Door het licht/donker patroon instaat er een duidelijke suggestie van diepte. Bekijk voor deze opdracht deze pagina.
Voorbeeld:
Stap1. Maak een foto met een duidelijke slagschaduw.
Stap2. Maak de slagschaduw belangrijker dan het object dat de schaduw veroorzaakt:
